Een betere behandeling bij een zeldzame aandoening

Patiënten met een zeldzame ziekte krijgen lang niet altijd de juiste medische behandeling. Dat geldt ook voor mensen met de spierziekte CIAP. Om daar wat aan te doen krijgen deze patiënten vanaf nu informatie mee voor hun revalidatiearts en huisarts. Daarmee worden de patiënten letterlijk informatiedragers. Zij zorgen ervoor dat de artsen weten welke behandeling ze moeten geven. Het nieuwe informatiemateriaal wordt op zaterdag 12 september tijdens het Spierziektecongres in Veldhoven gepresenteerd.

De spierziekte CIAP (voluit: chronische idiopatische axonale polyneuropathie) is een aandoening van de zenuwbanen buiten het centrale zenuwstelsel. Het gevolg van deze aandoening is dat patiënten te maken krijgen met onder andere spierzwakte, evenwichtsstoornissen, ernstige vermoeidheid en pijn. Deze verschijnselen worden langzaam erger. Ruim 10.000 mensen in Nederland hebben deze ziekte.

De ziekte is niet te genezen, maar aan de symptomen is wel veel te doen. Zo kan bijvoorbeeld een conditietraining onder deskundige begeleiding pijn- en vermoeidheidsklachten sterk verminderen en kan een instructie door een fysiotherapeut het valrisico verkleinen. Het resultaat is dat mensen veel meer aan het maatschappelijk leven kunnen deelnemen en bijvoorbeeld hun werk kunnen behouden. Helaas zijn er duizenden patiënten die een dergelijke begeleiding niet krijgen door onwetendheid bij veel artsen – en bij de patiënten zelf.

Spierziekten Nederland vindt dit een onwenselijke situatie. Daarom is er speciaal voor de huisartsen een brochure gemaakt, waarin alle behandelinformatie is samengevat. De huisarts kan dan gericht verwijzen naar bijvoorbeeld een fysiotherapeut of revalidatiearts. Deze papieren brochure wordt aan alle leden van de vereniging gestuurd en komt digitaal beschikbaar via de websites van het Nederlands Huisartsengenootschap (NHG), de Vereniging Samenwerkende Ouder- en Patiëntenorganisaties (VSOP) en Spierziekten Nederland. De VSOP heeft in samenwerking met Spierziekten Nederland en het NHG de brochure geproduceerd.

Tegelijk wordt tijdens het Spierziektecongres een voorlichtingsvideo ten doop gehouden over revalidatie en CIAP. In de video passeren alle belangrijke facetten van de revalidatiebehandeling de revue: aangepaste schoenen, valtraining, hulpmiddelen en ondersteuning door maatschappelijk werk. Spierziekten Nederland heeft de video gemaakt met medewerking van Revalidatiecentrum De Vogellanden in Zwolle en producent Bart Nelissen. De video laat patiënten zien wat de mogelijkheden zijn van revalidatie en spoort hen ook aan gebruik te maken van de beschikbare ondersteuning.

Het bericht Een betere behandeling bij een zeldzame aandoening verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

Philips opent nieuw co-creatie centrum voor digitale zorginnovatie

Philips maakt vandaag de opening bekend van het eerste HealthSuite Lab op High Tech Campus Eindhoven. Dit nieuwe centrum voor co creatie biedt een omgeving voor versnelde ontwikkeling en uitwerking van nieuwe zorgmodellen mogelijk gemaakt met ondersteuning van de nieuwste digitale technologieën. Zorgbestuurders en huisartsen kunnen in het centrum in multidisciplinaire teams samenwerken met patiënten, ontwerpers, programmeurs en medische en zakelijke experts aan de co-creatie en implementatie van geïntegreerde en connected zorgoplossingen om de zelfredzaamheid van patiënten en de continuïteit van de zorg te vergroten.

Tevens maakt Philips bekend dat het samenwerkt met Zorgnetwerk Midden-Brabant (ZMBR), het regionale zorgnetwerk dat het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis vertegenwoordigt, evenals huisartsen, thuisverpleegkundigen, diëtisten en patiënten in de regio. In het HealthSuite Lab werken de organisaties aan de ontwikkeling van een nieuw regionaal model voor ‘connected health’ voor mensen met diabetes type 2 – een primeur in Nederland. Hiermee kunnen patiënten toegang krijgen tot – en controle krijgen over – hun eigen gezondheidsgegevens. Ook worden ze aangemoedigd om realistische persoonlijke doelen te stellen om hen te ondersteunen bij het nemen van belangrijke beslissingen met betrekking tot het managen van hun gezondheid en hun zorg. Op die manier streeft het project ernaar de zelfredzaamheid van diabetici te vergroten en hun kwaliteit van leven te verbeteren. Andere belangrijke doelstellingen zijn het verminderen van het aantal bezoeken aan zorgverleners en het vergroten van de therapie- en medicatietrouw. Het samenwerkingsproject is een goed voorbeeld hoe in het nieuwe co-creatiecentrum kan worden samengewerkt om samen zo oplossingen te ontwikkelen voor complexe intramurale zorgvraagstukken.

“Vandaag de dag gaat een toenemend deel van de totale zorguitgaven naar de snelgroeiende populatie van mensen die met een chronische aandoening moeten leven. Hierdoor zal de druk op zorgstelsels wereldwijd toenemen. Daarnaast zien we dat mensen in toenemende mate betrokken willen worden bij het managen van hun eigen gezondheid. De combinatie van deze factoren zorgt ervoor dat de focus van de gezondheidszorg aan het verschuiven is van traditionele modellen die zijn gebaseerd op opname in het ziekenhuis en (acute) behandeling bij complicaties, richting preventie en het thuis of in de buurt continueren van de zorg. Ons HealthSuite Lab gaat zorgverleners helpen om de ontwikkeling en implementatie van nieuwe geïntegreerde, patiëntgerichte ‘connected’ zorgverleningsoplossingen te versnellen die deze nieuwe modellen mogelijk moeten maken”, aldus Jeroen Tas, CEO van Healthcare Informatics Solutions & Services bij Philips.

“We willen patiënten beter in staat stellen om hun eigen conditie en gezondheid te beheren. Om dat voor elkaar te krijgen moeten we zorgen voor een betere opslag en uitwisseling van de gegevens die verschillende zorgprofessionals en patiënten verzamelen, en deze gegevens relevant en toegankelijk maken”, aldus Veronique Holtmaat, directeur Zorgnetwerk Midden-Brabant. “Door met Philips samen te werken in het HealthSuite Lab, krijgen we toegang tot een grote hoeveelheid kennis plus inzichten van andere stakeholders vanuit het gehele zorgspectrum, en kunnen we de volgende stappen zetten in het creëren van patiëntgerichte zorgverlening die echt op samenwerking is gebaseerd.”

De oplossingen die in het HealthSuite Lab worden ontwikkeld, zijn gebaseerd op het effectief verzamelen, analyseren en delen van gezondheidsgerelateerde gegevens, en worden mogelijk gemaakt door het HealthSuite Digital Platform, de veilige cloud-gebaseerde IT-infrastructuur van Philips.

Nadat deze faciliteit in Nederland is geopend, zal Philips ook op andere locaties in de wereld HealthSuite Labs gaan opzetten. Er zijn al vergelijkbare centra voor co-creatie gepland in Azië en de VS om de klanten in deze regio’s te ondersteunen.

Het bericht Philips opent nieuw co-creatie centrum voor digitale zorginnovatie verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

Taboe op migraine moet doorbroken worden

Een op de vijf Nederlanders krijgt in zijn leven migraine. Ruim een derde van alle migraine patiënten (37%) denkt mogelijk te maken te hebben met spanningshoofdpijn, wat betekent dat zij wellicht verkeerd of onvoldoende behandeld worden. Meer kennis over migraine en begrip in de samenleving zijn dus nodig. Om het bewustzijn rondom migraine te vergroten, organiseren de Nederlandse Vereniging voor Hoofdpijnpatiënten, de Vereniging van Nederlandse Hoofdpijncentra en Novartis Consumer Health – a GSK Consumer Healthcare company van 7 t/m 13 september 2015 de tweede editie van de Migraine Week. Met de boodschap ‘Migraine is meer dan hoofdpijn. Praat erover met je huisarts, apotheker of drogist’ vragen de initiatiefnemers aandacht voor de aandoening en mogelijke oplossingen. Ook willen zij de ziekte beter bespreekbaar maken.

Bewustzijn vergroten
Migraine is een onvoorspelbare ziekte, die heel plotseling en op ongelukkige momenten kan toeslaan. Dat maakt deze vorm van hoofdpijn moeilijk te begrijpen. Ook de omgeving moet rekening houden met de steeds terugkerende aanvallen. Dit leidt vaak tot ergernis en onbegrip. Het ene moment lijkt iemand alles nog te kunnen, het volgende moment kan hij of zij vrijwel niets meer. Openheid over deze ziekte is daarom erg belangrijk.

Met de Migraine Week willen de initiatiefnemers bijdragen aan het creëren van deze openheid. Iedereen kent immers wel iemand met migraine. De campagne is gericht op patiënten, hun omgeving en gezondheidsmedewerkers (huisartsen, apothekers en drogisten) en zorgt via on- en offline informatievoorziening dat zij samen migraine efficiënter kunnen aanpakken.

Bij apothekers en drogisterijen met het keurmerk ‘erkend specialist in zelfzorg’ en op migraineweek.nl zijn een gratis zelftest en een migrainedagboek verkrijgbaar. De zelftest bevat de juiste vragen voor een eerste voorlopige evaluatie op basis van de classificatie van de International Headache Society. In het migrainedagboek kunnen gedurende enkele opeenvolgende weken hoofdpijn- en migraineaanvallen genoteerd worden. Zo krijgt de patiënt een beter overzicht van de hoeveelheid aanvallen en hun ernst, én worden eventuele patronen of triggers herkenbaar. De arts kan op basis hiervan beter de juiste diagnose stellen.

Migraine niet bespreekbaar op het werk
Migraine is de duurste hersenaandoening in Nederland: deze kost ons land 1,7 miljard euro per jaar voornamelijk vanwege verzuim en productiviteitsverlies.[6] Migraine stuit op de werkvloer op onbegrip, zo blijkt uit een recente opiniepeiling door Panelwizard Direct. 35,9% van de Nederlandse beroepsbevolking zou het vervelend vinden om te werken met een collega met migraine. Veel mensen met migraine voelen zich schuldig naar hun collega’s toe en zijn bang voor onbegrip.

Iemand die lijdt aan migraine is tijdens een onbehandelde aanval voor 43,3% invalide en kan dan niet veel meer dan in het donker in bed liggen.[7] Werkgevers moeten zich realiseren dat migraine een serieuze aandoening is. Het is niet zomaar een hoofdpijntje. Werknemers met migraine verzuimen naar schatting gemiddeld drie tot zeven dagen extra als gevolg van hun ziekte, en dat is lang niet altijd nodig als tijdig een goede behandeling is gevonden.

Voorzitter Rob van Doorn van de Nederlandse Vereniging voor Hoofdpijnpatiënten: “Als we migraine op de werkvloer serieuzer nemen en adequaat behandelen leidt dat tot een hogere inzetbaarheid van medewerkers, minder productiviteitsverlies en een betere onderlinge verstandhouding tussen leidinggevenden, medewerkers en hun collega’s.”

Ambassadeur Hans Klok: “Migraine is geen illusie’”
Illusionist Hans Klok heeft zich als ambassadeur aan de Migraine Week verbonden. “Als ambassadeur vraag ik meer bekendheid voor de ziekte migraine. Dat is hard nodig, want Nederland telt zo’n drie miljoen migrainepatiënten[8], maar nog te weinig bewustzijn. Je kunt je niet voorstellen wat een verschrikkelijke pijn deze mensen hebben. Mensen die een gebroken been hebben, herken je duidelijk, maar migraine is dé onzichtbare ziekte.”

“Ik weet er alles van, tot mijn dertigste heb ik er veel last van gehad. Ik heb nooit een optreden afgezegd, maar ik zag vaak sterretjes van de pijn. Dat hield op toen ik goede medische hulp zocht en ook vond. Daarom is mijn boodschap: zoek hulp en laat je niet ontmoedigen. Zorg dat je goede medicatie krijgt, want die is er. Zo heb ik er goed mee leren omgaan.”

Het bericht Taboe op migraine moet doorbroken worden verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

Laaggeletterdheid leidt tot medicatiefouten

Laaggeletterdheid leidt tot medicatiefouten en soms tot gevaarlijke situaties. Dat blijkt uit het boek ‘Kunt u dat even uitleggen? Verhalen van moeilijk lezende medicijngebruikers’ dat staatssecretaris Martin van Rijn van VWS op 7 september, in de week van de Alfabetisering, in ontvangst zal nemen. Het boek maakt deel uit van een door de KNMP en Expertisecentrum voor Gezondheidsverschillen Pharos geïnitieerde campagne voor begrijpelijke medicijnuitleg en herkenning van laaggeletterdheid.

“Het ene pilleke is het andere niet”, vertelt de 68-jarige Henk van Iersel in het boek. “Dat heeft mijn moeder eens ervaren. Ze kreeg een bloeding en in de paniek heeft ze in plaats van een plaspil een bloedverdunner genomen; die hadden toen opeens toevallig dezelfde kleur gekregen! Het is maar net goed afgelopen…” Van Iersels hele familie had moeite met lezen.

“Ik heb al lang last van migraine. Daar neem ik Sandomigran tegen”, vertelt de zestigjarige Ria Lucke die pas na haar vijftigste leerde lezen. “Ik dacht altijd dat er op het doosje ‘Eén keer per dag twee’ stond, totdat ik ontdekte dat er eigenlijk ‘Tweemaal daags één’ stond. Toen werkte het een stuk beter.”

De campagne bestaat naast het boek uit een interactieve tentoonstelling in het Museum voor Communicatie, een mini-documentaire met laaggeletterden en een e-learning voor verpleegkundigen, verzorgenden en apothekersassistenten met instrumenten om laaggeletterde patiënten te herkennen en te coachen bij hun medicijngebruik.

Recente cijfers van de overheid tonen aan dat meer dan 11 procent van alle Nederlandse volwassenen laaggeletterd is. Voorzitter Gerben Klein Nulent van de KNMP: “Ik pleit daarom voor meer aandacht in de zorg voor deze kwetsbare groep.” De organisaties werken hiervoor samen met Stichting Lezen en Schrijven, het Museum voor Communicatie en de Vereniging van Verpleegkundigen en Verzorgenden.

Het bericht Laaggeletterdheid leidt tot medicatiefouten verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

NCA lanceert campagne ‘Sta op voor je rug’

Uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat Nederlanders Europees kampioen zitten zijn en daar moet verandering in komen

Dat onvoldoende lichaamsbeweging ernstige gezondheidsrisico’s met zich meebrengt, is al geruime tijd bekend. Bij het grote publiek staat echter nog onvoldoende op het netvlies dat langdurig achtereen zitten eveneens gezondheidsrisico’s kent. Het Sociaal en Cultureel Planbureau deed onlangs de zorgwekkende uitspraak dat Nederlanders met een gemiddelde van 6,8 zituren per dag het hoogst scoren van alle Europeanen. TNO onderzoek wijst daarnaast uit dat lang zitten de kans op ziektes en zelfs vroegtijdig overlijden vergroot. Om mensen daar bewust van te maken en hun zitgedrag te veranderen, lanceert de Nederlandse Chiropractoren Associatie (NCA) op 1 september 2015 de campagne ‘Sta op voor je rug’.

De NCA is al 40 de jaar de toonaangevende beroepsorganisatie van chiropractoren in Nederland en heeft in de afgelopen jaren gezien dat er een zorgwekkende zitcultuur is ontstaan. Er zijn sterke aanwijzingen dat lang zitten samengaat met een verhoogd risico op vroegtijdig overlijden en verschillende ziektes en kwalen zoals rugklachten, hart- en vaatziektes, obesitas en hoge bloeddruk. Helaas is de hoeveelheid lichaamsbeweging per dag de afgelopen decennia steeds verder afgenomen. Met name op de werkvloer heeft fysieke arbeid veelal plaatsgemaakt voor zittend werk en de gevolgen hiervan zijn evident binnen verschillende takken van de gezondheidszorg.

Sta op voor je rug!
De NCA heeft preventie hoog in het vaandel staan en zet zich daarom in om de zitcultuur in Nederland te doorbreken. Bewustwording en actie zijn daarbij van cruciaal belang. Met de campagne ‘Sta op voor je rug’ maakt de NCA een breed publiek bewust van de ernstige gevolgen van teveel zitten. Mensen worden daarnaast gestimuleerd om minder te zitten en meer in beweging te komen. De campagne bestaat onder andere uit de introductie van Mooph, een mascotte die het zitprobleem in korte filmpjes aan de kaak stelt. Daarnaast zijn er verschillende social media acties en wordt er een gratis rugscreeningsdag bij NCA chiropractoren georganiseerd op zaterdag 7 november. Kijk voor meer informatie op www.staopvoorjerug.nl.

Het bericht NCA lanceert campagne ‘Sta op voor je rug’ verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

Melatonine blijft breed verkrijgbaar; IGZ teruggefloten

De maximale dosering van de vrij verkochte melatoninesupplementen hoeft toch niet terug gebracht te worden tot 0,3 mg. Dat heeft de Arnhemse rechter bepaald. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) besloot dat in Nederland melatonineproducten vanaf een dosering van 0,3 mg bestempeld moeten worden als medicijn. Brancheorganisatie NPN vond dit zo onbegrijpelijk dat ze een spoedprocedure had aangespannen. “De uitspraak is een overwinning voor de consument”, reageert een enthousiaste Saskia Geurts, directeur van brancheorganisatie NPN.

Met deze uitspraak blijven de huidige doseringen beschikbaar en kunnen mensen in Nederland met melatoninesupplementen gewoon zelf aan hun gezondheid blijven werken. Dit past in het beleid van het Ministerie van Volksgezondheid (VWS), dat meer zelfredzaamheid nastreeft. Daarnaast blijft het mogelijk om de Nederlandse consument te informeren over de werking van melatoninesupplementen bij slaap en bij een jetlag. Volgens de Europese wetgeving is de werkzaamheid van melatonine aangetoond vanaf 0,5 mg en goedgekeurd om te vermelden op supplementen.

“Als we de rechtszaak hadden verloren, had dat tot gevolg gehad dat je naar de dokter moest bij een jetlag of tijdens een drukke periode voor een melatoninerecept “, legt Geurts uit. “Daarnaast had het als ongewenst neveneffect dat op de verpakking van het supplement niets meer over het gebruik mocht staan. Fabrikanten mogen pas bij een dosering vanaf 0,5 mg informeren waar melatonine voor is en hoe het gebruikt wordt.

“Tijdens deze rechtszaak draaide het vooral om de vraag of je een voedingssupplement vanaf een bepaalde dosering zomaar tot medicijn kan bestempelen. De uitspraak die nu gedaan is, is een belangrijke”, aldus Geurts. “Gelukkig kan het niet zo zijn dat een bewezen werkzaam en veilig voedingssupplement opeens een medicijn wordt!”

Uitspraak
Het hof, recht doende in hoger beroep:
Gebiedt IGZ om met onmiddellijke ingang toe te laten het in het handelsverkeer hebben, in voorraad hebben, verkopen, afleveren, ter hand stellen, invoeren of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied brengen van producten met een dosering van 0,3 mg tot 5 mg melatonine en zich onthouden van het ter zake van die producten handhavend optreden op grond van de Geneesmiddelenwet, totdat de rechtbank in de door NPN tussen partijen aanhangig gemaakte bodemprocedure heeft beslist op welke wijze IGZ – gelet op de voorschriften uit het Hecht-Pharma arrest – kan bepalen of een producten met een dosering melatonine van 0,3 mg of meer een geneesmiddel is;

Gebiedt IGZ de door haar op basis van het vernietigde vonnis gedane uitlatingen – in het bijzonder de op 26 februari 2015 op haar website geplaatste mededeling – met een bericht op diezelfde website te rectificeren.

Het bericht Melatonine blijft breed verkrijgbaar; IGZ teruggefloten verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

Nieuw medicijn tegen chronische hepatitis C vanaf 1 oktober vergoed

Een nieuwe behandeling tegen chronische hepatitis C met de geneesmiddelen Viekirax en Exviera wordt vanaf 1 oktober vergoed vanuit het basispakket. Dat heeft minister Edith Schippers van Volksgezondheid besloten nadat ze met de fabrikant onderhandeld heeft over de prijs van het nieuwe middel. Het besluit zal in de Staatscourant worden gepubliceerd. Het middel is geïndiceerd voor behandeling van patiënten met chronische hepatitis C, geïnfecteerd met virus genotype 1 en 4 (60 procent van de patiënten), en komt beschikbaar voor patiënten in alle ziektestadia.

Chronische hepatitis C 
Chronische hepatitis C is een ziekte die in veel gevallen pas na vele jaren tot klachten leidt, zoals levercirrose en bij een klein percentage ook tot leverkanker. Door de komst van de nieuwe medicijnen is de behandeling effectiever geworden. Bestaande en intensieve therapieën zijn overbodig geworden en er kunnen meer patiënten geholpen worden.

Onderhandelingen  
Gezien het hoge kostenbeslag van de nieuwe hepatitis C geneesmiddelen adviseerde het Zorginstituut Nederland aan minister Schippers om ook voor dit geneesmiddel in onderhandeling te treden met de fabrikant over de prijs. Het positieve onderhandelingsresultaat leidt ertoe dat de extra uitgaven aan dit geneesmiddel wederom lager uitvallen. Het is de twaalfde keer dat de minister met succes onderhandeld heeft over de vergoeding van een geneesmiddel en de derde keer voor een middel tegen hepatitis C; eerder werden al de middelen Sovaldi (sofosbufir) en Daklinza (daclatasvir) vergoed na succesvolle onderhandelingen tussen de minister en de fabrikant. Er zijn nog onderhandelingen gaande over bredere vergoeding voor Sovaldi na 2015 en over de vergoeding voor een vierde middel.

Het bericht Nieuw medicijn tegen chronische hepatitis C vanaf 1 oktober vergoed verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.

Onderzoek: Hoe leert een patholoog medische beelden interpreteren?

Medische scans, bagagescans, meteorologische beelden… Beelden kunnen een belangrijke bron van informatie zijn. Als je tenminste weet hoe je ze moet interpreteren. Gek genoeg is er nog maar weinig bekend over hoe mensen dit soort complexe beelden interpreteren. Thomas Jaarsma, promovendus bij het Welten-instituut, onderzocht hoe klinisch pathologen medische beelden interpreteren. Op vrijdag 4 september 2015 verdedigt hij zijn proefschrift getiteld Expertise Development Under the Microscope: Visual Problem Solving in Clinical Pathology bij de Open Universiteit in Heerlen.

Klinische pathologie
De medische beeldvormingstechnieken worden steeds geavanceerder. Maar wie zegt dat de dokters ze ook goed interpreteren? En hoe leren ze dat? Het interpreteren van complexe beelden is een vaardigheid die kennis en ervaring vereist. Jaarsma deed onderzoek met klinisch pathologen en onderzocht hoe zij de beelden bekijken en hoe pathologen-in-opleiding die vaardigheid kunnen aanleren. In verschillende experimenten liet hij beginnende, gevorderde en ervaren pathologen beelden (weefselbiopten) bekijken en beoordelen. Waar kijken ze naar? Hoe manipuleren (vergroten) ze het beeld? Wat zeggen ze erover?

Oogbewegingen
Hij stelde onder andere vast dat beginnende artsen de beelden op een hogere vergroting bekeken dan experts. Uit oogbewegingsregistratie blijkt dat de experts het beeld en de verschillende delen ervan anders bekijken. En experts besteden ook meer tijd aan de oriëntatiefase voorafgaand aan het daadwerkelijk interpreteren van de beelden.

Visuele expertise aanleren
Een patholoog-in-opleiding leert hoe hij beelden moet interpreteren. De typische trainingssituatie is dat hij de beelden eerst zelf bekijkt, en dat hij ze vervolgens samen met een opleider, een ervaren patholoog, bekijkt en bespreekt. Jaarsma onderzocht hoe zo’n leergesprek het beste kan verlopen. Hij stelde vast dat bij het gezamenlijk bekijken van het beeld de patholoog-in-opleiding best zélf de microscoop hanteert. Hij neemt dan automatisch meer het initiatief en zegt veel meer tijdens het gesprek. Zo krijgt de opleider een veel beter beeld van wat de patholoog-in-opleiding al kan en weet en wat hij nog moet leren.

Thomas Jaarsma (Ede, 1983) verdedigt zijn proefschrift getiteld Expertise Development Under the Microscope: Visual Problem Solving in Clinical Pathology op vrijdag 4 september 2015 om 13.30 uur bij de Open Universiteit in Heerlen. Zijn promotores zijn prof. dr. Els Boshuizen en prof. dr. Jeroen van Merriënboer. Co-promotor is dr. Halszka Jarodzka.

Het bericht Onderzoek: Hoe leert een patholoog medische beelden interpreteren? verscheen eerst op Informedics – medische informatie online.